In de Apeldoornse wijk Matendonk zijn 181 eengezinswoningen uit 1975 grondig verduurzaamd. Het project van opdrachtgever De Woonmensen, uitgevoerd door ketenpartner Hemink Groep, is een goed voorbeeld van hoe biobased verduurzamen ook in de Stedendriehoek de norm kan worden voor grootschalige renovaties. Bijna de helft van de daken is aan de binnenzijde na-geïsoleerd met biobased materialen: het merendeel met Isovlas zolderisolatie en een blok woningen met Istrolatie inblaasstro. Daarmee laten de projectpartners Hemink en Takkenkamp Vastgoed Verduurzamers zien dat biobased verduurzamen technisch en financieel haalbaar is.
Als het werkt én betaalbaar is, kiezen we biobased
Rick van Bussel, projectleider verduurzaming van woningcorporatie De Woonmensen, is positief over het gebruik van biobased isolatie.. “Voor ons was het verduurzamen het hoofddoel. En als biobased isolatie aan onze technische eisen én binnen onze financiële kaders past, geven we hier graag de voorkeur aan.” De huurders zijn vooraf geïnformeerd over het gebruik van stro en reageerden ook positief Het project Matendonk heeft waardevolle inzichten opgeleverd voor de woningcorporatie. “Met het toepassen van Isovlas en Istrolatie inblaasstro voor de hellende daken behalen we onze isolatiestandaard. We zijn dus positief over het gebruik en zien biobased inmiddels als volwaardig alternatief.”
Biobased is geen compensatie, maar structurele verbetering
Takkenkamp Vastgoed Verduurzamers ziet biobased isolatie inmiddels als een volwassen techniek die past binnen de dagelijkse renovatiepraktijk. “Wat begon als een pilot, is uitgegroeid tot een bewezen systeem dat technisch én economisch rendeert,” zegt Marcel van Haren, Adviseur Klant & Markt. “Stro is lokaal beschikbaar, hernieuwbaar en heeft een extreem lage CO₂-voetafdruk. Daarnaast is het snel en schoon te verwerken, ook bij bewoonde renovaties.” “We kijken verder dan alleen isolatie. Bijvoorbeeld: gipsplaten hebben een hoge CO₂-impact. Door die te vervangen door biobased alternatieven besparen we bij een gemiddelde woning tientallen kilo’s CO₂.” Daarnaast wordt ook aan prefab oplossingen en slimme detailleringen gewerkt. “Dat verkort de arbeidstijd, verbetert de luchtdichtheid en verhoogt de uitvoeringskwaliteit.”
Volgens Marcel vraagt biobased bouwen om een mentale omslag. “Veel partijen willen verduurzamen, maar werken nog traditioneel. Als kennispartner onderbouwen wij onze keuze met meetdata en praktijkervaring. We combineren resultaten uit proefwoningen en monitoring met uitvoeringskennis uit renovaties. Zo ontstaat een repeteerbare aanpak, waarmee corporaties aantoonbaar CO₂ reduceren zonder in te leveren op comfort of kwaliteit. Biobased keuzes moeten niet gebaseerd zijn op gevoel, maar op feiten.” Zijn boodschap is dus helder: “Zie biobased niet als compensatie, maar als structurele verbetering. Alleen dan krijgt het de plek die het verdient: als realistische standaard in de renovatiepraktijk van morgen.”
Niet alleen praten over biobased bouwen, maar gewoon doen
Bram Voerman, adviseur verduurzaming en kwaliteit bij Hemink, benadrukt dat duurzaamheid bij het bedrijf in het DNA zit. “We onderhouden, verbeteren en verduurzamen woningen het liefst op een integrale en circulaire wijze, spijtvrij. Onze voorkeur gaat uit naar het optimaliseren van hergebruik van materialen en het inzetten van biobased-materialen bij verduurzamen. In 2024 hebben we dan ook als ketenpartner van Boeren voor Biobased Bouwen en partner in de koplopersgroep Vastgoedonderhoudsbedrijven van Building Balance, het Commitment Toepassing Biobased Bouwmaterialen (CTBB) ondertekend, waarmee we landelijk ook aan de doelen van de Nationale Aanpak Biobased Bouwen meewerken.”
De ambities zijn stevig: in 2030 moeten 100% van de dakrenovaties en 30% van de isolatietoepassingen biobased zijn. De duurzame scenario’s worden aangeboden als de ‘Hemink-keuze’: een duurzaam, circulair en spijtvrij alternatief naast traditionele oplossingen. Isovlas is bij Hemink op dit moment het meest toegepaste biobased isolatiemateriaal voor het na-isoleren van de binnenzijde van hellende daken. “Het vezelgewas waar de isolatie van gemaakt is, slaat CO₂ op tijdens de groei. De milieu-impact van biobased materialen is aanzienlijk lager dan van de traditionele materialen. De materiaalgebonden CO₂-uitstoot voor het dak is aanzienlijk lager in vergelijking met een traditionele oplossing. En als je de CO₂-opslag meerekent, zijn biobased oplossingen zelfs CO₂-negatief. Uiteraard is de exacte materiaalgebonden CO₂-uitstoot afhankelijk van de specifieke productkeuze(s) en de oplossing(en).” Voor Hemink is biobased verduurzamen niet alleen strategische noodzaak, maar ook een persoonlijke ambitie. “We willen niet alleen praten over biobased bouwen, we willen het ook echt doen.”
Samenwerken in de keten
Wat Matendonk zo’n mooi voorbeeld maakt, is de samenwerking tussen onze ketenpartners. Iedereen draagt bij aan het succes. Biobased bouwen en verduurzamen vraagt om afstemming, kennisdeling en vertrouwen. Samen leren, samen een volgende stap durven maken.

Van links naar rechts: Jan van den Brink (De Woonmensen), Ferry Hofman (Takkenkamp), Bram Voerman en Mike Semmekrot (Hemink)
De ervaringen van De Woonmensen, Takkenkamp en Hemink tonen aan dat biobased verduurzamen volwassen begint te worden. Het is inmiddels geen niche meer, maar een realistische standaard. Door te blijven investeren in kennis, monitoring en samenwerking, wordt de biobased aanpak de norm in de verduurzaming van de bestaande woningvoorraad. En als verbinder in deze transitie is Boeren voor Biobased Bouwen trots om dit in de Stedendriehoek vorm te geven met deze fijne, gemotiveerde ketenpartners.




